Javascript is required to view this map.

oisterwijk

De gemeente Oisterwijk telt 25.700 inwoners (2011) en bestaat sinds een gemeentelijke herindeling in 1997 uit Oisterwijk, Moergestel en het gehucht Heukelom.

Oisterwijk is een zogenaamd straat- of wegdorp. Tijdens de ontginning van de beekdalgronden van de Voorste Stroom tot weilanden ontstond parallel aan de beek een weg met agrarische lintbebouwing. Aan de beekzijde lagen de weilanden, aan de andere kant de boerderijen. In 1230 kreeg Oisterwijk een aantal vrijheden van de hertog van Brabant, waaronder stadsrechten en het recht markten te houden. Ook werd het de hoofdplaats van het zogenaamde ‘Kwartier van Oisterwijk’, een van de vier bestuurlijke delen van de Meierij van Den Bosch, waardoor Oisterwijk al vroeg een belangrijke handelsnederzetting werd. Al deze bedrijvigheid zorgde ervoor dat Oisterwijk rond 1500 een centrum werd voor leerlooiers en vooral wevers. De wol die de vele thuiswevers gebruikten om geweven stof (laken) te maken was afkomstig van schapen die gehoed werden op de uitgestrekte heidevelden in de omgeving. Door plunderingen uit het nabijgelegen Gelre en de uitbraak van de Tachtigjarige Oorlog kwam aan de bloei van Oisterwijk aan het eind van de zestiende eeuw een einde. Nadat in 1648 de rust was teruggekeerd had Tilburg de centrumfunctie van de textielnijverheid overgenomen en werd Oisterwijk een boerendorp, waar op termijn de leernijverheid belangrijker werd. Deze bedrijfstak profiteerde, net als enkele sigarenfabrieken, van de aanleg van de spoorlijn Tilburg-Eindhoven in 1865. De in 1916 opgerichte Lederfabriek Oisterwijk groeide uit tot de grootste lederfabriek van Nederland.

De negentiende-eeuwse groei van de bevolking werd opgevangen door de bestaande lintbebouwing te verlengen en te verdichten, waardoor de kernen rondom het marktplein en de oude middeleeuwse kerk aan het Kerkplein (die aan het eind van de negentiende eeuw door Pierre Cuypers werd vervangen door de huidige St. Petrus’ Bandenkerk) aan elkaar groeiden. Tussen 1850 en 1940 werd de schaal van het oude, langgerekte marktplein ‘De Lind’ door de bouw van villa’s, fabrieken, kerken en een gemeentehuis sterk vergroot. Na de Tweede Wereldoorlog breidde Oisterwijk zich uit met diverse woonwijken ten noorden en zuiden van de oorspronkelijke lintbebouwing. Ten oosten van de Lederfabriek Oisterwijk ontstonden de bedrijventerreinen Kerkhoven en Laarakkers.

Oisterwijk is sinds het begin van de twintigste eeuw een toeristische trekpleister vanwege de vele bossen en vennen ten zuidoosten van de kern. De bossen zijn vrij nieuw en rond 1900 op de voormalige heidegronden aangeplant of spontaan opgekomen doordat de hei niet meer door schapen begraasd werden. Welgestelden uit heel het land vestigden (en vestigen) zich hier om te profiteren van de frisse lucht van het buitenleven. In het zuidoosten en zuidwesten van Oisterwijk, in de nabijheid van de Achterste Stroom, is gedurende de twintigste eeuw een aantal villawijken gebouwd.

In de Oisterwijkse bossen bevindt zich deze woning, ingeklemd tussen de vennen het Speykven en Brouwkuip. Natuurmonumenten is eigenaar van het terrein en stelde architectonische randvoorwaarden aan het project. Er werd gestreefd naar een timide, ingetogen verschijningsvorm, met waar mogelijk verwijzingen naar archetypes passend bij het Brabantse buitengebied.

lees meer

Dit woonhuis is ondubbelzinnig geïnspireerd op het modernisme van de jaren twintig en dertig van de vorige eeuw, met de wit gestucte gevels en binnenwanden, donkere kozijnen in horizontale banden en een min of meer vrije plattegrond.

lees meer

Deze vier urban villa’s bevatten in totaal 39 appartementen in het luxere segment. De blokken zijn ten opzichte van elkaar iets gedraaid, zodat alle woningen aan de zuidzijde profiteren van een vrij uitzicht over groen en water. Afhankelijk van de grootte van de blokken zijn er per verdieping twee of drie appartementen.

lees meer

Deze moderne buitenplaats heeft net als historische voorbeelden een bloementuin, een kruidentuin en een moestuin, die hier in geabstraheerde vorm in dienst staan van de beeldende kunst die er te zien is.

lees meer

Dit bedrijfspand op bedrijvenpark Laarakkers is sterk introvert. De architectuur weerspiegelt de levensvisie van de opdrachtgever die gebaseerd is op vrijheid, openheid en contact met de natuur.

lees meer

Villa Haans was de eerste grote villa die Coenen bouwde. Met een 56 meter lange muur, die de ruggengraat vormt van de woning, creëerde hij zijn eigen context. De witte betonnen wand dient als afscheiding met de buren en zorgt voor intimiteit aan de ‘binnenzijde’. De verschillende woonfuncties zijn uit elkaar getrokken en hebben langs de muur een eigen vorm gekregen. De route langs de wand loopt langzaam omhoog via een hellingbaan, biedt steeds nieuwe doorkijken en uitzichten en komt uiteindelijk uit in de centrale hal. Het gekromde dak van roestvrij staal brengt zonlicht diep in het huis en zorgt voor schaduw op het dakterras.

lees meer

Aan de doorgaande weg tussen Oisterwijk en Moergestel ligt dit 3,5 hectare grote landgoed, dat in opdracht van een Waalwijkse leerlooier is aangelegd. Het landhuis in de noordwesthoek van het driehoekige terrein ligt aan een lange oprijlaan met een dubbele rij rode beuken. Op het terrein bevinden zich ook een chauffeurswoning, een tuinmanswoning en een aantal stallen. De gerestaureerde schuilkelder is een overblijfsel van de bewoning door een Joodse familie vlak voor de Tweede Wereldoorlog.

lees meer

Voor de komst van de grote lederfabrieken, telde Oisterwijk tientallen kleine leerlooierijen, veelal familiebedrijfjes. Mechanisatie en scheikundige ontwikkelingen leidden tot schaalvergroting in deze industrie, waarvan de Lederfabriek Oisterwijk een voorbeeld is. Het ketelhuis uit 1924 is het meest interessante gebouw van het complex. Hierin staat de stoommachine met draaistroomgenerator die de elektriciteit van de fabriek opwekte.

lees meer

Deze neogotische kerk, geïnspireerd op een van de oudste gotische kerken in Duitsland, de Liebfrauenkirche in Trier, is een van de belangrijkste late werken van Cuypers, de architect van het Rijksmuseum en het Centraal Station in Amsterdam. Hij ontwierp een volmaakte combinatie van een lengtebouw en een centraalbouw.

lees meer